Veel ervaringen en ook een rondreis op Corsica staan in ons boek Beleef Corsica, overal te koop en natuurlijk ook in onze webwinkel.
Je zult veel links in dit verslag van onze rondreis aantreffen. De meeste zijn verwijzingen naar onze eerdere ervaringen die beschreven staan op onze pagina’s ingedeeld in regio’s.
Dinsdag 2 juli: Tour de Corse
We gaan een Tour de Corse doen, maar doen dat niet op de fiets. We blijven 1 of 2 nachten op een camping, filmen en fotograferen weer wat we in de buurt aantreffen van waar we zijn of onderweg natuurlijk. Wil jij wel een Tour de Corse per fiets doen dan raden wij je dit boek aan: Fietsen op Corsica van Luc Oteman. Ook voor kleinere maar stevige fietstochten.
de strat voor ons ligt in Porto aan de westkust. Camping Sole e Vista in hartje Porto is de eerste camping op onze rondtour. Dat wil zeggen, achter de Spar de berg op, een prachtige terrassencamping met zwembad. Onderweg hebben we regelmatig even stilgestaan bij al het moois dat de kronkelige kustweg van Calvi naar Porto ons te bieden heeft. Op Sole e Vista aangekomen hebben we niet veel tijd, want we willen natuurlijk nog even wat shots van de omgeving schieten.
Dan zie je ook dat er nogal wat campings zijn. Eerst kom je een paar km voor Porto de camping Gradelle tegen, dan ligt er naast Sole e Vista de terrassencamping Olivier, die ligt ook naast de rivier de Porto. Verderop camping Porto, en weer iets verderop op de weg naar Evisa, Fontana a L’Oro en dan nog camping Municipal die vlakbij het strand ligt. Nu denk je bij strand meestal aan lekker zand, dit strand van Porto dus niet. Je ziet het al van verre, een beetje grijs aandoend en dat blijken dus kiezels te zijn, van fijn grind tot keien van 10 cm doorsnede. Je moet er van houden.
De haven lag er weer gezellig bij en de warmte verleidde al gauw wat toeristen om even in de schaduw een ijsje of een lekker koel drankje te verorberen. Diverse boten kwamen weer terug van allerhande excursies naar bijv. het mooie Unesco Natuurreservaat Scandola of van een duiksessie naar de natuurlijke schatten onder water.
De Calanques, meerdere malen door ons bezocht, hadden we nog niet bij avondzon gezien. Dat geeft nl. weer een heel andere gloed op de gele, maar merendeel roodachtige rotsen dan overdag. De zee lag er strak en blauw bij en liet zich gewillig filmen en fotograferen door de toeristen die allen dezelfde mooie avondfoto wilden maken.
‘s Avonds op camping speelde een tweemansformatie Corsicaanse liedjes bij het nieuwe restaurant en zwembad. Mooi sfeertje als je in de verte de Genuese toren van Porto en de zee kunt zien liggen. Veel liedjes kunnen we inmiddels al mee neuriën of deels meezingen.
Woensdag 3 juli: Cargèse
We trekken weer door, nu voor 2 dagen Sagone Camping. Daar zijn we al een paar keer eerder geweest en dat blijft een van onze favorieten, hoewel we deze toer (incl. 5 dagen Tour de France) nog geen echte tegenvallers wat betreft campings hebben gehad. Even een strandje pakken, beetje vakantie vieren en natuurlijk de verslagen bijwerken, foto’s en filmpjes alvast eens bekijken.
Ook het filmpje van de net gefilmde kerkjes in Cargèse. Een Katholieke en een Griekse recht tegen over elkaar, het enige Griekse kerkje op het eiland, best alweer veel materiaal (dat voor een deel ook weer de prullenbak in kan).
Het zwembad is heerlijk om even af te koelen en het is niet druk. Tijdens de eerste week van juli is het nog niet druk op het eiland. In het restaurant is het al wel drukker (veel locals) , dus we eten wat we die dag bij de supermarkt om de hoek hadden gekocht. Lekker Corsicaans rosétje er bij. Het valt op dat er heel veel rosé wordt gedronken . 80% van de wijnglazen worden bij het eten volgeschonken met rosé.
Donderdag 4 juli: Sagone en Vico
Sagone is voor Vico, wat Porto is voor Ota: haventje en satellietbadplaats. Het stelt niets voor. Merendeel is commercie in de vorm van souvenirs achtige winkels en uitbaters van uitstapjes met de boot zoals duiken of excursies. Na wat werkzaamheden aan het verslag ed. en de koffie gaan we het achterland maar eens in naar Vico en richting Evisa, even rustig aan een terrasje pakken, want we hebben een paar hectische dagen achter de rug.
Later op de dag bezoeken we een strandje. Dat kan heel goed iets ten noorden van Cargèse bij het strand van Club Med, maar er zijn uiteraard meerdere mooie plekken! En we besluiten de dag nu wel in het restaurant voor een lekkere pizza met… juist een rosé. De rosé is hier erg licht van kleur. De lichtste soorten noemen ze dan ook ‘gris’ en zit tussen witte wijn en rosé in.
[Meer ervaringen en info over de regio West Corsica vind je hier]
Vrijdag 5 juli: Ile Sanguinaires
We gaan weer wat zuidelijker, de bedoeling is Plage de Ruppione tegenover Ajaccio aan de gelijknamige baai. Camping Le Sud is het plan, dat wordt ook ten uitvoer gebracht. We staan tussen de Portugese aardbeiboompjes op een terras van de terrassencamping. We komen hier rond het middaguur aan. Eerst de prachtige weg naar Ajaccio, dat we links (liever gezegd rechts) hebben laten liggen en toen langs de kustweg richting Coti Chiavari. Veel toeristische winkeltjes en mogelijkheden om excursies of duiklessen te volgen. De prachtig heldere zee en het zanderige strand lonken, maar eerst onze stek in orde maken en een hapje eten van de broodjes van de heerlijke boulangerie die we onderweg hebben gescoord.
Toch nog maar niet de zee in, we gaan eerst naar Ajaccio en rijden dan door over de D111 naar Ile Sanguinaires. De eilandengroep die we al diverse keren hebben bekeken, maar blijft trekken, mede omdat het een mooie weg is er naar toe. We verheugen ons al op vanavond, want dan zien we die groep eilanden van een hele andere kant met de ondergaande zon! Hoewel ze hiervandaan wel erg ver wegliggen. Maar zover is het nog niet. Ajaccio wordt ook vereerd met een loopje door diverse voor ons reeds bekende straten.
Dan wordt het tijd om te plonzen in het azuurblauwe water, eerst twijfelen we, naar de D111 en daar gaan? Nee, daar zijn we al een paar keer op verschillende plekken geweest en bij Plage Ruppione nog nooit. Het wordt het strandje ervoor: Plage Agusta, daar zien we een goed parkeerplekje en eerlijk gezegd vinden we deze plage ook mooier dan Ruppione. Dus hier genieten we van water, zon en strand tot dat de douche roept. Eerst eten en dan de zonsondergang of andersom.
Het wordt… eerst eten. De zon gaat rond 21.00 uur onder. We eten bij ons tentje en gaan dan op het terras van de camping koffie drinken. Daar hebben we prachtig uitzicht. Maar helaas: de zon gaat iets te veel onder op het land en het is zo heiig dat je de eilanden nauwelijks kunt waarnemen. Maar natuurlijk toch een prachtige zonsondergang, met net een veerboot die voorbij vaart en de toren van een schiereilandje Isolella hier in de baai op de voorgrond.
De Golf van Ajaccio en de Golf van Valinco bestaan uit weer kleinere baaien en baaitjes, stranden en strandjes, met hier en daar ook weer een soort schiereilandjes.
We hebben nog 1 ding te doen die avond: 4 Voces! Onderweg zie je op het eiland overal aanplakbiljetten van de meest uiteenlopende muziekgroepen en zo ook toevallig vandaag in Porticcio: de 4 Voces. En wie zijn die vier dan wel: Petru Guelfucci, Christophe Mondoloni, Mai Pesce, en jazeker Jean Charles Papi.
We kennen de laatste eigenlijk uit de tijd dat hij voorman was van Novi. Hebben dus zijn cd-s zowel met Novi als solo. Porticcio is een echt uitgaansdorpje aan de zee, een soort Zandvoort. Uit allerlei bars en discotheken hoor je muziek en overal flaneren mensen en toeteren auto’s.
Bij een van de bars trad het 4-tal op. De mensen op het afgeladen terras luisterden naar 4 heel verschillende stemmen. Ieder had zo een eigen 20 minuten en als overgang een gezamenlijk nummer. Ze begonnen – hoe kon het ook anders – met prachtig 4-stemmig ‘A te Corsica’ en zoals ook meerdere muziekgroepen doen, eindigden ze met de polyfonische Corsica hymne. Een aanrader als je wat meer van de verschillende muziekstijlen wilt horen.
[Meer ervaringen en info over de regio rond Ajaccio vind je hier]
Zaterdag 6 juli: Ghisonaccia
Een prachtige dag gisteren. Nu gaan we eerst weer verkassen. Dus ontbijten op het gemak, opruimen, inpakken en wegwezen. In 1996 zijn we voor het eerst op Corsica geweest en bezochten toen de campings Merendella bij Moriani Plage, Le Ras l’Bol en Arinella Bianca bij Ghisonaccia. Die laatste hebben we bijna geen jaar overgeslagen sindsdien, Merendella hebben we nog een paar keer aangedaan en is onherkenbaar veranderd sinds die eerste keer. Maar naar Le Ras l’Bol bij Olmeto Plage waren we nooit meer teruggekeerd.
Ik herinner me alleen nog hele dunne kleine pijnboompjes waardoor nauwelijks schaduw. Die moesten intussen wel wat gegroeid zijn, dachten we zo en gingen daar maar eens kijken. En inderdaad we zetten de tent op onder schaduw van forse pijnbomen. Of er veel veranderd is sindsdien? Jazeker, het sanitair is aanzienlijk verbeterd en er is nu een zwembad bij met leuke bar.
Wel, geen tijd om daar lang over na te denken, er moesten boodschappen gedaan worden en dat deden we dan even in Propriano. Sartène is veel leuker, maar dat was nog weer een flink stuk verder, daar komen we binnenkort toch wel door.
De rest van de dag rustig aan gedaan, boekje lezen, naar het strand – deze camping heeft geen zwembad – om wat verkoeling in de zee te zoeken. En dan rustig naar de avond toe met de lekkernijen die we hebben gekocht in Propriano. Inderdaad, goed geraden, rosé-tje er bij.
Zondag 7 juli: Filitosa
De vogels waren er weer vroeg bij. De dwergooruil met z’n hoge fluittoon, de duiven met hun gekoer, het gekwetter van allerlei mezen ed. en dan echt wakker worden van het gehamer van de specht in de boom naast je tent. Echte vroege vogels zag ik ook op zee tijdens mijn bijna dagelijkse hardloop half uurtje. Dat hardlopen moet je eigenlijk niet na 8-ten doen, en om half 8 zag ik 2 vroege vogels kanovaren op een spiegelgladde zee in het ochtendgloren met op de achtergrond de binnenkomende veerboot van La Meridionale.
Wat je ook vroeg moet doen, als je daar tenminste voor voelt, is een bezoek brengen aan de pre-historische vindplaats annex museum Filitosa, dat in de “achtertuin” van deze camping Le Ras L’Bol ligt. Want wat ik me ervan herinner toen we deze vindplaats in 1996 bezochten was: hitte, stenen en koeien. Eens even kijken of het sindsdien erg veranderd is.
De hitte was ’s morgens om 9.15 nog wel te doen, de stenen en megalieten/menhirs waren er natuurlijk nog, net als de koeien die er ook rond liepen. Eigenlijk zijn we voor de echte verandering een jaar te vroeg. Men was aan het bouwen en dat zag er uitnodigend uit. Dat liet een foto ons al zien. Wel had men hier en daar zuilen geplaatst waar je teksten voorgelezen kreeg in 4 talen over wat er te zien was. Voor een historicus/archeoloog een must, voor iemand die Corsica wil kennen een aanrader, maar de gemiddelde toerist zal hier niet langer dan een 3 kwartier verblijven. Meer megalieten vind je zuidelijker onder Sartène bij Couri en eigenlijk zijn die vindplaatsen interessanter.
We rijden nog een tourtje door het achterland en besluiten dan verder weer een boekje te lezen, verslag te schrijven en dat soort zaken. Natuurlijk brengen we nog een bezoekje aan het strand en kijken uit over de baai waar wij eens dolfijnen zagen zwemmen. Maar alle keren dat we uitkeken over de zee dit jaar hebben we ze niet gezien. Ze komen helaas(?) niet op commando.
Tijdens het eten voor ons tentje hoorden wij al de muziek van het Corsicaanse bandje dat Corsicaanse liedjes kwam zingen bij het restaurant. We zijn er even koffie gaan drinken en hoorden weer verschillende bekende liedjes. Hoewel de meeste liedjes vaak door mannen worden gezongen, bleek de vrouw in dit gezelschap haar “mannetje” wel te staan.
[Meer ervaringen en info over de regio rond Propriano vind je hier]
Voor leuke excursies, boottochten en activiteiten kijk en reserveer je hier:
Maandag 8 juli: Sartène
Sartène is onze eerste stop nadat we hadden ingepakt. Dit stadje wordt weleens het meest Corsicaanse stadje genoemd dat er is. Prachtig tegen de berghelling aangebouwd, leuk pleintje, karakteristieke bebouwing en kleuren, leuke steegjes. Op het pleintje een heerlijke ijscoupe (bij La Victoria) genuttigd, dat hebben we al eens eerder gedaan en hij smaakt nog steeds even goed.
Dan rijden we rustig naar onze volgende camping, dit keer een luxe met alle toetsers en bellen: U Farniete onderdeel uitmakend van Pertamina Village. We gaan niet meer naar Bonifacio, daar is het nu te druk voor. Dat doen we morgenochtend wel als we weer verkassen. Dan zijn we de drukte daar voor en is de temperatuur ook nog redelijk om in te lopen. Dus gaan we genieten van een leesboek eh e-reader! (aanrader) Een kijkje en duik in het zwembad hoort er ook bij, ten eerste omdat het een erg mooi zwembad is, maar ten tweede ook wegens de verkoeling, deze camping ligt niet aan zee.
En voor dat je het weet zit je al weer de onderweg meegenomen lekkernijen op te eten, salade met Corsicaanse geitenkaas en Corsicaanse ham. Dat er een rosé bij wordt gedronken hoef ik bijna niet meer te vermelden.
[Meer ervaringen en info over de regio rond Bonifacio vind je hier]
Dinsdag 9 juli: Zonza
Er zijn meerdere dingen waarop je moet letten als je je campingplaats kiest. Of de plek vlak is, voldoende schaduw heeft enz., maar ook of er niet toevallig een lantaarnpaal naast je plek staat waardoor het wel daglicht lijkt in je tent in de nacht. Een andere waar je pas later aan denkt is geluidsoverlast, die hoor je het best ‘s nachts, zo hadden wij een beetje last van de koelkast van Sanitairblok 2. Laat staan als je daar vlak naast stond. Opletten geblazen. In de nacht hoorden we het ding gelukkig niet.
De keuze is: koffie drinken in Bonifacio of toch even langs de prachtige krijtkliffen lopen. Een vaartocht langs de prachtige kust hebben we al gedaan dus dat hoeft nu niet. We zijn wat beperkt in de tijd, want we willen naar Zonza, hartje bergen. Dus het wordt een kop koffie. Het is nog erg vroeg en rustig. Sommige zaken doen pas net hun terrassen open. Maar wij hebben onze shot ‘Bonifacio’ weer gehad en gaan op weg naar de Alta Rocca. Hier zijn we wel verschillende keren doorheen gereden, maar nooit eens gestopt en uitgestapt. Hoogste tijd daarvoor dus zoeken we daar een camping en er zijn er een stuk of 3 a 4. Het wordt La Riviera, even voorbij Zonza.
Maar nog niet gemeld: in Bonifacio zagen we al wat wolken en naarmate we Zonza naderden via de prachtige D59 (Figari-Levie!) hoorden en zagen we het al: l’orage! Of te wel onweer. We waren net op tijd om te schuilen in Zonza met een kop koffie en een lekker broodje uit de patisserie aldaar. Maar na een half uurtje kijken naar een kopje en mensen die rennen om ergens droog te staan/zitten, hebben we het wel gezien, rennen naar de auto en doen een rondje Quenza, St. Lucie de Tallone, Levie , San Gavino di Carbini, of te wel: het hart van de Alta Rocca.
In Levie regende het nog steeds, dus waarom ook niet: er is hier een museum met de gelijknamige naam: Alta Rocca. Een prachtig ingerichte ruimte met veel prehistorische spullen waaronder 2 skeletten, onder andere de Dame van Bonifacio. Twee prehistorische vindplaatsen zijn hier in de buurt: Sites de Cururuzza et Capula, waarvoor in het museum ook uitgebreid aandacht, de moeite waard!
Een waterig zonnetje verschijnt als we weer in de auto stappen. Het rondje heeft helaas niet veel foto’s op geleverd. Laaghangende bewolking en regen verhinderden dat. Dan maar de camping op. De tent laten we nog even in de auto, we gaan maar eens een beetje lezen, de regen is opgehouden en als je het goed uitmikte zat je net niet onder de nog nadruipende bomen. Dan kan de tent de auto uit en installeren we ons en als alles staat gaan we te voet naar Zonza, lekker wandelen. Het is slechts 2,5 km en wie weet waar we nog meer heen wandelen, dus de wandelschoenen maar aan. Trouwens Zonza, Quenza en al deze dorpjes zijn geen slipperdorpjes, zoals onlangs nog in Porticcio, Sagone en Calvi. Hier draagt men bergschoenen, minimaal type 2.
We doen een hapje in het dorp en wandelen weer terug. Er blijkt een bus met Tsjechen te zijn gearriveerd die hun tentjes om de onze hebben neergezet en ineens lijkt de camping wat voller. Alle campings waren tot nu toe minder dan half vol, behalve U Farniente die bijna vol was.
[Meer ervaringen en info over de regio Centraal Corsica vind je hier]
Woensdag 10 juli: naar de oostkust
We staan rond 7-en gelijk met de Tsjechen op. Zij vertrekken om 8.00 uur en wij zijn dan ook redelijk ver. We gaan aan een flinke rit over het midden (D69) van de “Alp in Zee” maken. Corsica wordt dan wel zo genoemd, maar gisteren in het Alta Rocca museum hebben we geleerd dat Corsica en Sardinië uit de Pyreneeën zijn ontstaan, helemaal geen Alp dus. (zie foto hierboven) We gaan dus wat bochten en hellingen tegemoet en soms km ‘s lang geen huis te zien. Wel heel veel steen, gruis en dennenappels ed. op de weg die door de regen van gisteren zijn meegespoeld de berg af. Daar hadden we gisteren al last van, (soms een riviertje over de weg) maar tot en met Ghisoni is het opletten geblazen!
We passeren dorpjes met hun kerkjes zoals Aullène en Zicavo, komen langs een waterval, komen over de Col de la Vaccia (niet echt bijzonder) en de Col de Verde, begin van diverse wandelingen + een refuge. Verder zien we veel koeien en varkens op/langs de weg. Tip: niet stil gaan staan en zeker niet te eten geven als je tenminste geen – voor varkens mooi – kunstwerk op je portier wilt hebben, persoonlijk ondertekend door de varkens met hun hoeven!
Er is weer regen op komst. We gaan op de bezoek bij vriendelijke Vlamingen die hun Waalse huis hebben verruild voor een nog op te knappen woning net buiten Ghisoni. Daar hebben we het onweer “even” uitgezeten en zijn toen naar de kust vertrokken door de prachtige kloof Strettes & Inzecca. We willen weleens weten hoe de buurcamping van Arinella Bianca waar onze reis eindigt, voor 2 nachtjes is: Camping Marina Erba Rossa. Net zo leuk? Anders? We zullen het spoedig weten. De lucht is ook hier betrokken en een paar spetters zijn er wel gevallen getuige ook een leeg strand.
Dat strand loopt wel weer vol als er blauwe plekken verschijnen tussen de wolken. Het is hier gezellig druk, veel huisjes en mobile homes en een klein campinggedeelte met veel schaduw en grote plaatsen. Voor 2 nachtjes is er nog wel plaats.
Donderdag 11 juli: lekker relaxen
We doen vandaag gewoon niks. Nou ja, er komt altijd wel wat om de hoek kijken, wassen, boodschappen, wat vrienden op het strand gedag zeggen, maar verder een boekje, een beetje zwemmen enz.
De baas op de camping in Zonza had gezegd dat we wel een paar dagen achter elkaar onweer en regen zouden krijgen in de bergen. Daar waren ze niet blij mee, nu het seizoen net begon. En vooralsnog hebben ze gelijk. Ook nu horen we in de bergen weer gerommel en verspreiden de donkere wolken zich naar de kust. Van spetters is het hier niet gekomen, maar het is wel wat drukkend met een lagere temperatuur. 24 graden of zo. De weerkaartje op de diverse sites geven ander weer aan: zonnig en 29 graden.
Camping Marina Erba Rossa is een leuke complete camping. Prima sanitair, goede animatie en voorzieningen, natuurlijk is zo’n luxe camping aan de dure kant. Voor beachvolley kun je beter naar Arinella Bianca, ook als je van dans en show houdt.
[Meer ervaringen en info over de regio Oost Corsica vind je hier]
Vrijdag 12 juli: de Restonicakloof
Een lekker windje en zo af en toe wat wolken op Camping Tuani dat de overnachtingsplaats voor vanavond tijdens deze rondreis is geworden. Via Aleria de N200 genomen en even gekeken bij de campings Ernella en Sortipiani, misschien wel leuk, maar ver van alles vandaan, erg basic, bij de boer.
We picknicken bij DE BRUG. In hoofdletters, want dit is niet zomaar een brug. Een van de mooiste Pont Genois die er nog zijn. Vandaar dat ze deze brug hebben laten staan (hoewel ze breken niet vaak wat af op Corsica) en er een zeer moderne brug schuin naast hebben gelegd.
De oude Pont ‘d Altiani is erg smal – een brede caravan kan er maar net over – en zorgde altijd voor oponthoud voor met name de werkende bevolking. Onder de oude brug is het leuk picknicken en zwemmen. Maar sinds de komst van de nieuwe brug zijn er wel meer parkeerplaatsen, maar veel minder picknickers. Wat zo’n nieuwe brug al niet kan doen, met het zelfde mooi plaat(s)je.
Camping Tuani dus in de Restonica. We zijn er al eerder geweest en we gaan en er een nachtje staan om te zien of er veel veranderd is. Erg veel jeugdgroepen bevolken de simpele camping. Er is gelukkig nog een mooi plekje vrij waar ook elektriciteit is. Het grootste deel heeft nl. geen elektriciteit.
We gaan lekker met onze benen in de Restonica zitten en lezen onze boeken. Veel vlinders hier in allerlei kleuren en groottes.
En terwijl wij daar poedelen in het heerlijke doch koude water, komen er nog meer groepen jeugd aan. Vooral van het “continent” ofte wel, Parijs, Marseille of uit geheel Frankrijk. Er zijn groepen van onder de 12 jaar en boven de 12 jaar. De sociogrammen kun je zo uit tekenen nadat ze uit de busjes zijn gestapt. Leuk om te zien als je er zelf niet voor verantwoordelijk bent. Ze slapen allemaal in kleine tentjes. Gelukkig blijven er voldoende leuke plekken over voor “ de rest”. Er stond zelfs een ‘de Waardtent’ bijna aan het eind van de camping met het gezicht op 10 meter van het bruisende water.
Ondertussen zijn we ook nog bedreigd door een onweersbui, die met veel gerommel aan ons voorbij trok gelukkig. Slechts een paar spatten regen en na een uurtje weer de zon.
Zaterdag 13 juli: van de hoge bergen naar St. Florent
We gaan nog even naar de Mte Rotondo kijken. Want de top kun je zien liggen, niet als er net als gisteren bewolking hangt. De Mte Rotondo (2622) is een van de reuzen boven de 2000 meter. De andere zijn de Mte Cinto (2706) Mte d’Oro (2389) Mte Renoso (2362) en de Mte Inducine (2136). Er liggen vaak om deze toppen nog enkele andere toppen (bocca’s, punta’s en capo’s) die ook boven de 2000 meter uitkomen. Op de meeste van deze toppen blijven ook in de zomer nog restanten sneeuw liggen. Zo ook – constateerden wij hedenmorgen – op de Mte Rotondo. Hoewel ook hier op Corsica klimaatveranderingen merkbaar zijn, de sneeuw wordt steeds minder.
Naar de voet van Cap Corse. Dat is het doel van vandaag. Ergens in de buurt van St. Florent. Het liefst Camping U Paradisu aan het prachtige strand Saleccia, maar die wordt het niet. De “afrit” in de Desert de Agriates naar deze camping is nog maar een paar honderd meter opgereden of het wordt rechtsomkeer. Dit is alleen goed te doen met een 4×4, daar kun je inderdaad beter je Scenic niet aan wagen. Jammer. Je kunt dit strand ook bezoeken met de boot vanuit St. Florent.
We rijden rustig door tot Nonza om het “zwarte strand” nogmaals te fotograferen en filmen, de toren te bekijken en gaan dan weer terug. Een heleboel campings zijn we langsgekomen en nadat we op ook Patrimonio hebben bezocht (hart van de wijnstreek met zeer mooie wijnen en wijnproeverijen) kozen we voor U Sole Marinu, dat kan heel leuk zijn in een soort baaitje achter een mooie rots.
Op de camping zijn er veel plaatsen met weinig schaduw en het strand is een groot kiezelstrand. En met groot bedoel ik 5 tot 10 cm per kiezel. Je kunt er heel leuk staan, zeker ook als de zon ondergaat. Er is een restaurantje en kampwinkeltje, prima eenvoudig sanitair. Verder nog wat huisjes/mobilehomes. Uiteraard gaan we nog even naar het strand bij een eerdere camping die we bezocht hebben aan de “andere kant” van St. Florent: Aqua Dolce. Nog niets veranderd. Heel lang laag water, snorkelrots, ideaal voor kleine kinderen.
En dan ’s avond, ja ja, naar St. Flo want dan is het vuurwerk. Op de 13e juli in St. Florent, op de 14e in Bastia, al heel lang een traditie ter ere van de “14 juillet”. St. Flo is nog drukker dan anders en een plaatsje om te parkeren is dan ook niet snel gevonden. Dan maar een stukje lopen.
Om 22.00 uur is het al goed donker en de havenhoofden zitten al vol met mensen. Diverse bootjes zijn op het water net buitengaats. Maar dan duurt het nog bijna een uur voordat het losbarst. Met enorme knallen schieten de meerkleurige pijlen de lucht in, en prachtig feu d’artifice. Het publiek heeft er niet voor niets op zitten wachten.
Zondag 14 juli: Cap Corse
Een rondje Cap Corse staat op het programma om dan te eindigen op Camping La Pietra in Pietracorbara. Dus eigenlijk is het rondje dan nog niet af, want dat ligt 20km ten noorden van Bastia. We doen dan ook rustig aan. Stappen regelmatig uit en bezoeken Centuri, dat hadden we namelijk nog niet eerder gedaan. Via prachtige wegen, deels waren ze deze aan het verbreden dus erg veel slecht wegdek, daalden we af richting dit havenstadje met eiland voor de kust. Goed voor een kop koffie in een van de vele restaurantjes.
Na de nodige foto’s weer verder. We dalen niet af naar het punt van de Cap, dat hebben we eerder gedaan met de mooie tafoni (rotsen met veel gaten) maar we blijven op de “gele weg” en daar hebben ze zelfs een uitkijkpunt gemaakt onlangs. Naar het eilandje met de witte vuurtoren: Ile de la Giraglia.
Voor de middaglunch kiezen we een restaurantje in Mogliccia. In de haven aan de andere kant van de Cap dus, daar waar je rechts af weer “naar beneden gaat”. Eerder hebben we de ronde andersom gedaan. Persoonlijk vind ik de westkant van de Cap mooier, grilliger dan de oostkant.
We haasten ons niet en laten de lunch lekker smaken, nee geen rosé er bij we moeten nog verder rijden en met al die bochtjes word je op zich al “dronken”.
Camping La Pietra is goed aangegeven en we plaatsen onze tent op het vrije veld onder een boom, niet erg veel schaduw. Wel staat er een lekker windje die de temperatuur van rond de 30 dragelijk maakt. De andere plekken zijn groot, met veel schaduw en rondom een hele hoge haag.
We gaan even naar zee, brengen ook nog een bezoek aan het zwembad en de tv (Tour de France, Monte Ventoux) en eten in de late zon wat overgebleven lekkernijen uit de koelkast op met nu wel een rosétje. Morgen wel boodschappen doen, de koelbox is nagenoeg leeg.
Maandag 15 juli: Étang de Biguglia
We hebben dus niet meer gekeken naar het vuurwerk in Bastia. Die 20km bochtjes en dan ’s avonds in het donker ook nog terug voor 10 -15 minuten vuurwerk, zijn ons even te veel. Bastia zal wel hectisch druk zijn geweest. Later hoorden we nog van iemand, dat je toch beter in St. Florent kan kijken, omdat het vuurwerk in Bastia nogal wegvalt tegen de achtergrond, wellicht toch de beste keuze gemaakt….
We overleggen nog even maar besluiten toch te verkassen naar San Damiano aan het Étang de Biguglia. La Pietra is een mooie camping, maar we hadden geen hele dag zin in een strandje waar ook nog veel wier lag. Het strand van San Damiano, dat je zo van de camping oploopt, heeft aanzienlijk lekkerder zand, merken we een paar uur later.
Het is een verademing als je de D107 net onder Bastia opdraait na een lekker chaotisch Bastia. Gelukkig waren de veerboten al lang gelost en waren zelfs al weer op de terugreis naar het vaste land. Dat scheelt weer een hoop zoekende mensen.
Kijken of je hier veel last hebt van het vliegveld, vraag ik mezelf af onder de hoge dennen op een beetje zanderig plek. De D107 hoor je nauwelijks. In het meer mag/ kan je niet zwemmen, uiteraard wel in de zee, maar ook in het zwembad, dat deze grote camping heeft. Het Étang kun je mooi zien liggen als je vanuit Bastia de richting van St. Florent op gaat en in de buurt komt van Col de Teghime. Hoog riet belemmerd veelal het uitzicht over het meer als je er langs rijdt. Er even langs turend merk ik op dat er geen flamingo’s te bespeuren zijn. Over vogels gesproken: we hebben al wel veel roofvogels gezien op deze rondrit. (Rode wauw, haviken, valken en sperwers ) Het lijkt wel meer dan andere jaren.
In een van de grote supermarkten langs de T20 boodschappen gedaan. Ook daar verkopen ze “Produits de Corse” en hebben een zeer groot assortiment. Dus onze koelbox is weer gevuld en ook het eten voor vandaag en morgen gekocht.
Het vliegveld is nauwelijks gehoord. In ieder geval weinig last van gehad.
Dinsdag 16 juli: waterval L’Ucelluline
We zijn goed op dreef en trekken ook nu weer verder, onze rondreis nadert het einde. We willen ook nog wat moois zien dan alleen maar die N198 (een van de lelijkste wegen van Corsica), dus we rijden even noordwaarts naar de N198 gaan dan zuidwaarts langs het stadion van SC Bastia en gaan bij Biguglia de D62 op. Een prachtige weg door een kloof met de Défilé de Lancone. Daar is het wel heel smal, en ook hoge campers moeten goed opletten voor de overhangende rotsen. We zien de weg aan de andere kant van de kloof waarop we later terug zullen rijden.
Maar eerst gaan we op bezoek bij het kerkje bij Murato: San Michele. We hebben het al eerder bekeken, maar het heeft jaren in de steigers gestaan. Het ligt er prachtig bij, maar wel een beetje lastig fotograferen met het tegenlicht. Het is nog vroeg: 9.15 uur. Via de D82 dan weer terug naar de T10. Dan gaan we voor het eerst de nieuwe autoweg op die afgelopen voorjaar is geopend, dat rijdt inderdaad wel even lekker door. Dus voor het opschieten is het handig, al is het maar een paar kilometer. Voorbij de afslag naar Calvi/Ajaccio komen we weer op de “oude” T10.
[Meer ervaringen en info over de regio Cap Corse, Bastia en Nebbio vind je hier]
Bij Moriani-Plage is het koffietijd, broodje kopen en dan weer rechtsaf de bergen in, dat gaat rap omhoog. Bij de voor ons bekende waterval L’Ucelluline stoppen we en eten we onze broodjes op een van de stenen bij de klaterende waterval op. Heerlijk. We zijn trouwens niet de enige. Het is een mooie waterval in 2 delen die heel wat bezoekers per dag trekt. Zowel aan de linker als aan de rechterkant is een mogelijkheid om bij een deel van de waterval te komen. Om te zwemmen moet je omhoog.
Verder gaan we weer over de zogenaamde Corniche de la Castagniccia. Een prachtige weg waarbij je voortdurend de zee kunt zien liggen. Dan gaan we via Cervione weer terug na de T10, informeren bij camping Campoloro of er nog plaats is voor 1 nacht. Nee, dat bordje “complet” hangt er niet voor niets, lacht de man ons toe. Dus gaan we een paar km noordelijker en vinden op Camping Olmello een plaatsje onder diverse bomen.
Op vrijwel alle campings op Corsica heb je last van een soort luis. Soms van een enkele plant, soms bomen vol. Die luizensoort, herkenbaar aan wit op de bladeren geeft een doorzichtige plakkerige vloeistof af en dat wil je niet graag op je tent of andere spullen hebben. Let daar dus op. Een tarp (of zeil) kan wonderen doen. Op deze camping hebben we onze spullen ook een beetje verplaatst, zodat niet de luizenmelk in onze melk druipt…. Zwemmen in het kleine zwembadje of in de zee. Het wordt het laatste.
Woensdag 17 juli: Arinella Bianca
We komen nu wel erg dicht bij onze eindbestemming waar zich nog enkele van onze kinderen, en andere familieleden bij ons zullen voegen. Het wordt deze ochtend weer inpakken en dan naar de andere buurcamping van Arinella Bianca: U Casone. Er is nog ruimte genoeg en de plaats die we toegewezen hebben gekregen voldoet. We reden ook nog even verder door naar Camping Via Romana, maar daar zijn nagenoeg uitsluitend huisjes met hier en daar nog een tent tussen, zo lijkt. Dit is niet wat we zoeken.
Camping Serena wordt het ook niet, een kleine boerderijcamping. We doen vast wat boodschappen, wassen al vast wat, kan het lekker allemaal drogen, hoewel er wel weer onweer dreigt te komen. Maar we houden het net weer droog. Het blijft een rustig dagje vandaag. ‘s Avonds drinken we nog wat met een Belgische reisgids en praten we over het wel en wee van Corsica en Camping U Casone, dat vroeger een Belgisch vakantieoord was voor en door uitsluitend Belgische militairen en hun gezinnen. In 2003 wegbezuinigd en nu camping voor iedereen. Wel even een stukje lopen naar zee. Lekker zwembadje, waar we heerlijk in afkoelen.
[Meer ervaringen en info over de regio Oost Corsica vind je hier]
Morgen gaan we naar Camping Arinella Bianca en voegen wij ons bij onze vrienden en de kinderen gaan we ophalen van de diverse vliegvelden. Ook is er nog meer familie, dat wordt een gezellige boel. Onze rondreis is ten einde, we hebben er van genoten!
Een verslagje van alle campings die we hebben aangedaan vind je hier. Veel ervaringen en ook een rondreis op Corsica staan in ons boek Beleef Corsica, overal te koop en natuurlijk ook in onze webwinkel.